Het leren van de Spaanse grammatica is een moeilijke taak die zelfs sommige moedertaalsprekers moeilijk onder de knie krijgen. Maar het is niet onmogelijk, en door taallessen te nemen kun je het geheim van vloeiend Spaans ontrafelen!
Hier zijn de belangrijkste dingen die je moet weten over de Spaanse grammatica.

De uitspraak van het alfabet Spaans
Als beginner moet je allereerst bij het begin beginnen: het alfabet! Gelukkig voor ons, Nederlandstaligen, is het Spaanse alfabet bijna precies hetzelfde als het onze.
Geschiedenis van het Spaanse alfabet
Het Spaans is een Romaanse taal en is afgeleid van het Latijn, een erfenis uit het oude Rome.
Tot 1993 bestond het alfabet uit de volgende 29 Spaanse letters: a, b, c, ch, d, e, f, g, h, i, j, k, l, ll, m, n, ñ, o, p, q, r, s, t, u, v, w, x, y, z.
In 2010 verdwenen de fonemen ch en ll na een hervorming op initiatief van de Koninklijke Academie voor de Spaanse taal. Nu is het enige verschil met ons eigen alfabet nog de tilde (ñ).
Bijzonderheden van het Spaanse alfabet
Er zijn zes klinkers in het Spaanse alfabet: a, e, i, o, u en y. Elke letter verwijst naar een specifieke Spaanse uitspraak die belangrijk is om uit het hoofd te leren om woorden in het Spaans te kunnen spellen en uitspreken.
Wanneer je Spaans leert spreken, is het vaak moeilijk om de letters "r", "g", "j" en "z" uit te spreken, simpelweg omdat deze letters verwijzen naar niet-bestaande klanken in de onze taal.
Je moet leren om de klank van de opgerolde "r" te onderscheiden van de jota, de "j". Zo behoren de woorden "ratón" en "jirafa" in het Spaans tot de moeilijkste woorden om uit te spreken voor een Nederlandstalige.
Het symbool van de tilde (~) boven de ‘n’ komt uit het Middeleeuws Latijn en werd gebruikt om dubbele letters te vervangen.
De letter "g" brengt ook zijn deel van de moeilijkheden met zich mee: indien geplaatst voor een "a", wordt hij uitgesproken als de g in "got", maar voor een "e" of een "i", wordt hij meer uitgesproken als een "h" in het woord "hot", behalve dat je moet raspen, alsof het uit de onderkant van de keel komt.
Om vooruitgang te blijven boeken in het Spaans raden wij aan:
- Privé lessen Spaans te nemen met een Superprof leraar.
- Een reis naar Spanje te maken om een taalcursus te volgen.
Het is aan jou om de beste manier om te leren te vinden. Het leren om Spaanse woorden echter correct uit te spreken zal je een goede basis geven om vervolgens je woordenschat uit te breiden en je grammaticale vaardigheden te verbeteren.
Leer alles over de uitspraak van letters en woorden in het Spaans door middel van privéles. Klik hier voor het vinden van Spaanse les Amsterdam met een privéleraar via Superprof!

Zo maak je jezelf Spaanse accenten meester
Het accent in het Spaans kan wat werk kosten, maar als je het eenmaal onder de knie hebt, klink je perfect en vloeiend!
De uitdaging van het Spaans ligt in het beheersen van het Spaanse accent en wat het grammaticale of diakritische accent wordt genoemd.
De klemtoon leggen op een lettergreep
Weten op welke lettergreep je de klemtoon moet leggen is essentieel bij het leren van de Spaanse uitspraak. Doe je het verkeerd en het woord zal heel anders klinken.
Het is een kwestie van nadruk leggen op een lettergreep, zoals een musicus het tempo aangeeft op het moment dat hij de tonica, de terts, de kwint of de septiem speelt.
Drie hoofdregels gelden:
- Eindigt het woord op een klinker of op de medeklinkers "n" en "s", dan komt de klemtoon te liggen op de voorlaatste lettergreep (cerveza, bebida, camino, barrio, barrios, enzovoort).
- Eindigt het woord op een klinker of op andere medeklinkers dan "n" en "s" en bevat het geen geschreven accent, dan wordt de klemtoon op de laatste lettergreep gelegd (cantar, caminar, ordenador, autoridad, facultad, nivel, papel, enzovoort).
- Tenslotte moeten sommige woorden op de eerste en tweede lettergreep geaccentueerd worden: sílaba (lettergreep), bolígrafo (pen), párajo (vogel), paréntesis (haakje).
Hoe zit het met woorden die eindigen op "ión" (bijvoorbeeld: attención, sección, acción, emoción, evaluación, liberación, lección, capitalización)?
Dit zijn onregelmatigheden in de accentuering, want als ze eindigen op een "n", accentueer je de voorlaatste lettergreep, maar door de aanwezigheid van het accent op de ó verschuift het naar de laatste lettergreep.
Het grammaticale accent
Dit zijn de drie functies van deze vorm van accentuering:
- Het scheiden van de aanwijzende bijvoeglijke naamwoorden van de aanwijzende voornaamwoorden.
- De uitroepende en vragende vormen van bepaalde bijwoorden aangeven.
- Het onderscheiden van de grammaticale aard van sommige homoniemen.
Sommige woorden van de Spaanse woordenschat hebben dezelfde uitspraak, dezelfde spelling, maar niet dezelfde betekenis: homofonen en homoniemen hebben soms een geschreven accent op een letter nodig om ze te onderscheiden.
Bijvoorbeeld, solo, een bijvoeglijk naamwoord en sólo als een bijwoord.
Of, tu en tú: het eerste is een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord en het tweede is een persoonlijk voornaamwoord.
Het beheersen van deze accenten is belangrijk omdat ze de betekenis van een zin volledig kunnen veranderen. Om het Spaanse accent te perfectioneren, raden we je aan jezelf onder te dompelen in de Spaanse cultuur: Spaanse of Latijnse literatuur, Spaanse en Zuid-Amerikaanse muziek, Spaanstalige programma's.
Zoek je naar Spaans les bij jou in de buurt? Op Superprof kun je een groot aantal privéleraren Spaans vinden. Neem snel eens een kijkje in ons aanbod van Spaans leraren!

Spaanse les: Spaanse tweeklanken en drieklanken
Lukt het om Spaans te lezen en uit te spreken zonder te struikelen over je woorden? Bravo!
Maar nu moeten we overgaan tot een andere subtiliteit van de Spaanse grammatica: tweeklanken en drieklanken. Voordat je hier verder mee gaat, moet je de werkwoord vervoegingstabellen uit je hoofd kennen.
Ter herinnering: Spaans heeft 'zwakke' klinkers: I en U en 'sterke' klinkers A, E en O.
Van een tweeklank is sprake wanneer een zwakke klinker naast een sterke klinker staat, of wanneer twee zwakke klinkers samen staan. Dit verzacht de uitspraak: bijvoorbeeld, voor het onregelmatige werkwoord to poder (macht) in de infinitief, vervoegen we puedo, puedes, puede, podemos, podéis, pueden.
De tweeklank wordt dan toegepast op de eerste persoon, tweede persoon en derde persoon van het enkelvoud, alsook op de derde persoon van het meervoud, volgens de regels van de Spaanse vervoeging.
De meest voorkomende tweeklanken zijn:
- "ei" of "ey"
- "ui" of "uy"
- "ie", zoals in "pienso", (ik denk)
- "io", zoals in "cielo", (hemel)
- "ue", zoals in "cuesta" of "puedo" ("ik kan", van het werkwoord poder)
De Spaanse tweeklank wijzigt de uitspraak van een woord; hij dient om de klank van een woord te verzachten vóór sterke klinkers.
Drieklank is de combinatie van drie klinkers in dezelfde lettergreep: Een sterke klinker tussen twee zwakke klinkers. "a", "e" en "o" zijn sterke klinkers. Ze vormen nooit samen Spaanse tweeklanken. Ze mogen alleen tweeklanken en drieklanken vormen in combinatie met "I" en "U".
Leer meer over Spaanse tweeklanken en drieklanken met behulp van privélessen bij jou in de buurt. Klik hier voor Spaans leren Rotterdam. De privéleraren helpen je graag!

Zinsopbouw in de grammatica Spaans
Als je eenmaal het accent en de verschillende klinkerklanken onder de knie hebt, is het tijd om te werken aan het construeren van zinnen in het Spaans.
De Spaanse taal volgt dezelfde regels als andere romantische talen: OWV, onderwerp, werkwoord, voorwerp.
Om deze volgorde onder de knie te krijgen en je woordenschat op te bouwen om vloeiende zinnen te vormen, is er geen geheim; je moet gewoon blijven oefenen.
Tot 2010 werden ‘ch’ en ‘ll’ als aparte letters beschouwd, maar de Koninklijke Academie voor de Spaanse taal schrapte ze uit het alfabet.
Dit zal je kennis van werkwoordvervoeging vergroten. Zorg ervoor dat je weet hoe je de meest voorkomende werkwoorden in de volgende tijden moet vervoegen: tegenwoordige tijd, eenvoudige toekomende tijd, perfectie, preterite, aanvoegende wijs, onvoltooid conjunctief, voorwaardelijk, gebiedende wijs.
Om een zin te vormen moet je de juiste volgorde van de woorden leren, waar je het bijvoeglijk naamwoord moet plaatsen en hoe je het werkwoord vervoegt. Het is ook de moeite waard om belangrijke vergelijkingswoorden als más (meer) en menos (minder) te leren.
Als algemene regel geldt dat vergelijkingen van superioriteit of inferioriteit vóór het bijvoeglijk naamwoord komen.
Maar alle andere bijvoeglijke naamwoorden komen na het zelfstandig naamwoord en moeten overeenkomen met het geslacht en/of of het zelfstandig naamwoord enkelvoud of meervoud is. Je zou bijvoorbeeld schrijven "el párajo guapo" (de mooie vogel) of "Elena es una mujer muy guapa" (Elena is een erg mooie vrouw).
Dus om te zeggen: "Elena es una mujer muy guapa y es más alta que Maria, su amiga." (Elena is een erg mooie vrouw, en is langer dan haar vriendin Marie). Let op dat 'guapa' komt na 'mujer' en 'más gaat voor het bijvoeglijk naamwoord 'alta'.
Zie je wel, wie zei dat de Spaanse taal moeilijk was?
Wat vind jij het moeilijkst bij het leren van Spaans?
De laatste stap voor het vormen van meer ingewikkelde zinnen is om te kijken naar:
- Spaanse vervoegingstabellen
- Onregelmatige werkwoorden
- Uitgangen van alle gebruikelijke werkwoorden
- Overeenkomsten in tijd
Onze laatste tips voor verbetering: neem grammatica lessen, lees om de woordenschat op te bouwen, herhaal oefeningen, luister naar video's en podcasts online en plan een reis naar Spanje of Latijns-Amerika om het allemaal in praktijk te brengen.