Iedereen die zijn kennis van economie wil ontwikkelen, om zijn studieresultaten te verbeteren, of vanuit algemene belangstelling, moet zeer vertrouwd zijn met enkele van de meest voorkomende economische begrippen en termen.
Dit komt omdat:
- Het kennen van belangrijke economische termen, van vraag en aanbod tot econometrie en monetair beleid, zal je helpen meer van het vakgebied te begrijpen.
- Je geeft jezelf meer geloofwaardigheid wanneer je over economische zaken spreekt.
- Het leren van kernbegrippen kan een goede manier zijn om economie breder te bestuderen, en het kan ook helpen bij het ontwikkelen van jouw vaardigheden op het gebied van economische analyse.
Belangrijke economische termen
Hieronder staat een begrippenlijst economie met 25 inleidende termen die vaak worden gebruikt in het vakgebied economie, en die je wellicht zal tegenkomen tijdens jouw studie economie. Je zal ze zeker moeten begrijpen wil jij ooit de Nobelprijs voor economie winnen!
Zelfs als de onderstaande termen niet als onderdeel van je curriculum worden onderwezen, zal er vaak naar deze termen worden verwezen in je bredere economische lectuur. Deze economie termen worden bijvoorbeeld vaak genoemd in blogposts, economische nieuwsartikelen of zelfs tijdens podcasts over economie.
Bear market
Het principe van een dalende markt is eenvoudig genoeg. In wezen staat het voor een negatieve of pessimistische kijk op de prestaties van een aandelenmarkt, waarbij dergelijke markten vaak in een neerwaartse spiraal terechtkomen, waarbij de prijzen blijven dalen.
Als gevolg van een bearmarkt neemt de verkoop van aandelen meestal toe. Bovendien verwachten beleggers een groter verlies op hun beleggingen.
Bull market
Een bullmarkt staat voor een veel positievere kijk op de prestaties van een aandelenmarkt dan een bearmarkt. In een bullmarkt zijn de aandelenkoersen gestegen of wordt verwacht dat ze zullen stijgen.
Conjunctuurcyclus
De conjunctuurcyclus verwijst naar de algemene expansie en daaropvolgende inkrimping van een economie gedurende een bepaalde periode.
Daarmee maakt de conjunctuurcyclus deel uit van het bredere gebied van de macro-economische theorie.
Comparatief voordeel
Een term toegeschreven aan de econoom David Ricardo. Comparatief voordeel is een theoretisch concept dat het vermogen beschrijft van een partij om goederen en/of diensten te produceren met lagere opportuniteitskosten dan een andere partij of partijen.
Deflatie
Deflatie is het tegenovergestelde van inflatie. Het doet zich voor wanneer de vraag afneemt, en dit leidt weer tot resultaten zoals lagere prijzen.
Arbeidsdeling
Arbeidsverdeling is het proces waarbij taken worden opgesplitst zodat afzonderlijke groepen of individuen elke taak kunnen uitvoeren. Het wordt vaak in verband gebracht met het productieproces en de algemene productiviteit.
Doe veel meer kennis op over economie. Neem gerust privéles bij een docent economie via Superprof! Je kunt privéleraren vinden in jouw omgeving.
Elasticiteit van de vraag
De elasticiteit van de vraag beschrijft hoe de vraag naar goederen of diensten toeneemt of afneemt wanneer de prijs van dat goed of die dienst verandert. Goederen die in het algemeen gevoelig zijn voor de elasticiteit van de vraag moeten de volgende patronen vertonen:
- Een stijging van de kosten van het goed zal leiden tot een daling van de vraag; terwijl
- Een daling van de kosten van het goed zal leiden tot een stijging van de vraag
Financiële markten
Verwijst naar een markt waar financiële activa worden gekocht en verkocht. Een gebruikelijk voorbeeld van een financiële markt is een effectenbeurs.
Fiscaal beleid
Fiscaal beleid verwijst naar de uitgaven van een regering en hoe die de economie beïnvloeden, vooral als het uitgavenniveau verandert.
Bruto binnenlands product (BBP)
Het BBP wordt vaak gebruikt als maatstaf voor de economische prestaties en activiteiten van een land. Het wordt gewoonlijk op kwartaal- of jaarbasis berekend.
Groeipercentage
Het groeipercentage is een maatstaf voor de groei en hoe deze over een bepaalde periode toeneemt. Het kan worden gebruikt om de economische groei, het bruto binnenlands product of zaken als de jaarlijkse groei van een bedrijf te beschrijven.
Rentepercentages
Een rentevoet wordt berekend door een percentage toe te passen op de geleende hoofdsom. Een gangbaar voorbeeld van een hoofdsom is een lening of een andere vorm van schuld. Het in rekening gebrachte rentebedrag wordt gewoonlijk berekend aan de hand van een jaarlijks percentage.
Volg bijles economie met een deskundige privéleraar. Onze leraren op Superprof helpen je graag met het geven van bijles economie.
Inflatie
Eenvoudig gezegd: bij inflatie stijgen de prijzen van goederen en diensten. In een economie met inflatie stijgen de kosten van levensonderhoud.
Keynesiaanse economie
Keynesiaanse economie, ontwikkeld door de econoom John Maynard Keynes, beschrijft de economische theorieën en overtuigingen van Keynes, die de overtuiging inhielden dat overheidsbemoeienis met de economie door middel van uitgaven en belastingen de vraag zou kunnen stimuleren en een economie uit een depressie zou kunnen halen.
Wet van de vraag
De wet van de vraag onderzoekt hoe het koopgedrag van klanten verandert als de prijzen stijgen. Concreet stelt de theorie dat wanneer de prijzen van een goed stijgen, de vraag naar dat goed daalt.
Wet van het aanbod
De wet van het aanbod stelt dat, ceteris paribus, een stijging van het prijsniveau resulteert in een stijging van de hoeveelheid geleverde goederen.
Macro-economie
Macro-economie bestudeert hoe de economie zich als geheel gedraagt. Concepten die in de macro-economie worden onderzocht zijn:
- Inflatie
- Het prijsniveau in de economie
- Groeipercentage
Micro-economie
Het tegenovergestelde van macro-economie is micro-economie. Micro-economie richt zich op hoe individuen en bedrijven handelen binnen een economie, en hoe hun gedrag ook een economie beïnvloedt.
Marginaal nut
Marginaal nut verwijst naar de hoeveelheid voldoening die een consument heeft door een goed of dienst te consumeren. Marginaal nut kan door economen worden gebruikt om te meten hoeveel van een goed of dienst een consument zou moeten kopen.
Monetarisme
Monetarisme is een stroming die uitgaat van het idee dat de hoeveelheid geld in een economie een belangrijke factor is voor de hoeveelheid economische activiteit en groei. Het is een theorie die haaks staat op de Keynesiaanse economie.
Oligopolie
Een term die gebruikt wordt op het gebied van marktaandeel. In een monopolie is er slechts één leverancier op de markt, en in een duopolie zijn er slechts twee. In een oligopolie zijn er meer dan twee leveranciers op de markt, en kunnen de acties van één leverancier de acties van de anderen beïnvloeden.
Opportuniteitskosten
Opportuniteitskosten zijn de kosten van het missen van een kans om een andere kans aan te grijpen. Een voorbeeld van opportuniteitskosten is te zien bij investeerders, die mogelijk moeten afzien van een investering in een bedrijf om in een ander bedrijf te investeren.
Stagflatie
Stagflatie beschrijft een economie die een trage economische groei kent, maar ook inflatie en hoge werkloosheid. Stagflatie komt veel minder vaak voor dan inflatie of deflatie.
De onzichtbare hand
Een idee geïntroduceerd door de filosoof Adam Smith. De onzichtbare hand beschrijft de voordelen die de samenleving als geheel kan genieten als gevolg van de acties van zelfzuchtige individuen. De onzichtbare hand was een argument dat werd gebruikt om de voordelen van een vrije markt te bepleiten.
Handelsbelemmeringen
Handelsbelemmeringen hebben betrekking op overheidsbeleid of regelgeving die de internationale handel beperkt of controleert. Voorbeelden zijn:
- Tarieven
- Handelsquota
- Embargo's
Doe veel meer kennis op via privélessen. Via Superprof kun je bijles volgen met een enthousiaste docent economie bij jou in de buurt!
Maak jouw eigen woordenlijst economie
De moeilijkheid bij het begrijpen van economie is dat er zoveel ingewikkelde terminologie in het vakgebied is. Als je echter de tijd neemt om de belangrijkste economische begrippen te leren, zoals hierboven beschreven, kan je:
- Met meer vertrouwen economische zaken bespreken.
- Beter begrijpen welke theorieën en concepten bij welk gebied van de economie horen, bijvoorbeeld macro-economie of micro-economie.
- Deze termen gebruiken tijdens jouw examens of in essays, waardoor jouw leraar of docent zal zien dat je je op je gemak voelt bij het gebruiken van dergelijke terminologie.
Hoewel het enige tijd kan duren voordat je economische concepten onder de knie hebt, is de beste tactiek om je begrip van dergelijke belangrijke termen te verbeteren, te proberen nieuwe terminologie in een langzaam, maar regelmatig tempo te leren.
Je zou er bijvoorbeeld naar kunnen streven om elke week één tot drie nieuwe termen te leren. Dit zou betekenen dat je ruim voor het einde van het academisch jaar zeer vertrouwd bent met de bovenstaande termen en wat ze betekenen, en dat je de tijd hebt genomen om die termen in je geheugen vast te leggen, zodat je ze de komende jaren kunt onthouden.
Natuurlijk, als je dergelijke termen sneller en intensiever wilt leren, dan kan je altijd een docent economie inhuren om je te helpen de belangrijkste economische termen en concepten te herzien. Een docent economie kan je niet alleen helpen deze termen te leren, maar ook:
- Je oefeningen geven die je kennis van economische termen extra verdieping geven.
- Je leertechnieken aanreiken om je te helpen tijdens je revisie.
- Gebieden of belangrijke termen identificeren waarmee je moeite hebt, of dat nu concepten zijn die onder gedragseconomie vallen of termen zoals stagflatie.
- Het curriculum van je school aanvullen door samen met jou te werken aan de gebieden waar je de meeste moeite mee hebt.
Superprof heeft bijvoorbeeld een groot aantal docenten economie waaruit je kan kiezen. Superprof koppelt je aan online en lokale docenten bij jou in de buurt die je graag helpen bij je studie!
Vond je dit artikel leuk? Laat een beoordeling achter!
Laden...
